Paaszaterdag


‘De preek komt naar u toe’ (6)

Iets meer pagina’s dan u gewend bent. Maar het is dan ook het Hoogfeest van Pasen! En we willen graag met u vieren!!!

We zijn als predikanten deze 40 dagentijd verhalender dan anders ingegaan, met mooie afbeeldingen van Sieger Köder ernaast. Nu we als gemeenschap niet meer fysiek bij elkaar komen wilden we proberen de verhalen van die nacht van doortocht en bevrijding, dat Pascha , anders te laten spreken, want vertellen, dat gaat nu niet.

Mirjam Grooff, Ben Stijffs en ik hebben al onze creativiteit daartoe benut. Ben heeft, ondanks zijn proefwerkweek die vanuit de Corona-thuis-situatie anders verliep dan anders een  beeldverhaal gemaakt bij Genesis. Onstuimig en verwonderlijk van de oerknal tot het voorzichtig ontstaan van leven in het water tot die prachtige schepping van de mens. Vanaf het scherm lachen ze ons toe, zoveel mensen: het leven is prachtig en veelkleurig! Elk mens de moeite waard. Wie en waar je ook bent: je bent beeld van God. En als ál die schepselen en mensen een facet zijn van God, hoe wonderlijk veelzijdig is dan die God?

Klassiek in de Paaswake is natuurlijk het verhaal van de doortocht door de Rietzee. Een verhaal van alle tijden, bedachten wij. En Mirjam maakte een tweeluik. Zo ontmoeten we Miriam, de zus van Mozes aan de overkant van de zee waar ze lucht geeft aan de doorstane spanning en de vreugde viert. Ook ontmoeten we Fereshteh, één van de zovele vluchtelingen van onze dagen die door water en woestijn heen onderweg is naar een land van belofte. Als de tweelingzus van Miriam, haar lotgenoot van zoveel duizenden jaren geleden. Je zou er moedeloos van kunnen worden, maar dan zie je machthebbers en gevaar. Zoals zo vaak, zoals in alle tijden en overal gebeurt…. Herkent u die acclamatie uit de Graankorrel? 

Maar moedeloos is niet de juiste toon! In deze nacht valt het licht op de keuze voor het gaan van de weg naar een land van belofte…. en hoeveel hoop en moed mensen daarbij  opbrengen….. Is er niet een God die met hen meetrekt? Aanwezig is in elk bang uur en in elk ontwaken van hoop?

We moeten gaan. Volk Gods onderweg. Door het water van de Rietzee, door het water van de doop. Ondergedompeld in het leven en kiezen voor de weg die Jezus wijst: een weg van overgave in liefde en er zijn voor de ander.

Uit de boeken van de profeten lag er een mooie tekst van Jesaja uit hoofdstuk 55. En we besloten naar aanleiding van de eerste versen een verhaal van water zingend te vertellen. Hoe het leeft en stroomt en bruist!

Ach er zou gezongen worden door cantor Hans en Quintessens, met Ren aan het orgel en Mirjam op de fluit en de vader van Ben zou zelfs doedelzak spelen: Amazing grace! Maar het mag niet zo zijn. Of toch?

Zoals de Joden vóor de uittocht in die bange nacht ieder in hun huis het Pesach vierden, met de stok in de hand, het ongedesemende brood en het geslachte paaslam delend, zo zullen wij vieren, ieder in ons eigen huis. En zó zullen we verbonden zijn!

 

Het viel ons op, terwijl we lang in gesprek waren, dat onze gelovige werkelijkheid en de verhalen van deze nacht voortdurend in tweetallen verschijnt: hemel en aarde, land en zee, donker en licht, goed en kwaad, leven en dood, slavernij en bevrijding en dat er steeds weer van ons een keuze wordt gevraagd, een bewuste keuze voor het één of het ander. Voor verzet of overgave. Voor egoïsme of solidariteit. Voor doemdenken of vasthouden aan je geloof.

Dat kiezen, dat doet elk mens zelf, telkens opnieuw. Een levende biddende gemeenschap ondersteunt, maar ook als die er niet kan zijn, houden wij niet op biddend en dankbaar tegenover God te staan.

In deze nacht, zo ánders dan andere nachten ontsteken we een vuur, een vuur dat nooit meer dooft. En we ontsteken de paaskaars, die Jan Wetzeler zo mooi heeft gemaakt: een veelkleurige levensboom en handen die naar elkaar reiken.

En het mooie is dat u het kunt zien! Omdat Mirjams zus Liesbeth, helemaal in Amersfoort dat voor ons mogelijk wist te maken.

Zo kunnen we toch samen door deze nacht van hoop en belofte trekken, helemaal vanaf de schepping tot aan het lege graf. Van verwondering naar verwondering…. en als u de tekst uitprint  (misschien nu maar even doen) kunt u het goed volgen en kunnen  we zelfs samen onze doopbeloften hernieuwen. En u zou het paasevangelie hardop kunnen meelezen. De klokken hoeft u er niet bij te denken, die klinken zoals ze  op woensdagen klinken van zeven tot kwart over zeven: teken van hoop.

 

Steek er misschien een kaars bij aan. Leg een mooi broodje klaar en een glas rode wijn of druivensap… en bedenk dat we zo tóch samen een gemeenschap vormen in Jezus’ naam!


Dit is de link naar de Paaswake film die we maakten:

https://vimeo.com/404918476/afe6f4240d

 

U komt nu op de pagina van Vimeo,  die Liesbeth Grooff beheert.

U ziet ons jaarthema al op de muur staan!

Vergeet niet uw geluid aan te zetten!

Klik met de rechtermuisknop op het driehoekje “Play” en kom even naar de kerk om samen de Paaswake mee te maken.

 


Ben was graag acoliet geweest in de Paaswake. Hopelijk volgend jaar!


Quintessens zal dan volgend jaar misschien mooie oude paasliederen zingen, maar “alleluja” klinkt het toch. Zingt u mee?

We wensen u Zalig Pasen en pastoor van harte beterschap!! En tot wij elkaar weerzien: moge u geborgen zijn in Gods hand.

 

Lieve groet van Mirjam en Liesbeth Grooff, Ben en Mark Stijffs, Jan Wetzeler, Elly Bus, Ad Jansen die de klok voor ons luidt,  Peer en mijzelf.  

 

Marianne Boselie

 

Paaswake 2020

Thema: “Leven sterker dan de dood”.

 

Schepping

 

Projectie gemaakt door Ben Stijffs

 

Gebed :

 

God,

baarmoeder van hemel en aarde,

uw nooit gehoorde stem sprak de eerste woorden van het eerste verhaal

en er was licht!

Zó vol genade,

zo vol kracht is uw woord.

En er was groei! stroming! geluid! ruimte en tijd!

en ménsen, groots en kwetsbaar

 

Wij zijn díe mensen

en bidden in  het onbestemde duister van deze nacht

waarin mensen verraden en gemarteld worden, vluchten moeten

bang en geïsoleerd wachten op wat komen gaat

of wellicht hun kostbare leven geven voor een ander…

 

in het gevaarlijke duister bidden wij u om licht te zijn!

mededogen! rechtvaardigheid! saamhorigheid!

wees als een vuur in ons hart, in onze kerk, in onze wereld

een vuur dat zich niet laat doven

aanstekelijk en inspirerend

 

Tekst

 

Deze nacht,

Zo anders dan andere nachten-

Want vannacht zijn we beschermd door een zuil van vuur

en een zee van licht om ons heen.

 

Deze nacht,

zo anders dan andere nachten-

een nieuwe schepping wordt ons aangezegd

zoals eens uw volk Israël komen we aan de overkant van de zee

ontkomen aan de heersers.

 

Deze nacht

zo anders dan andere nachten

Een mens wordt opgetild uit de dood

en verschijnt in ons midden

getekend door zijn lijden

maar met geopende handen van vrede.

 

Vannacht ontsteken wij ons licht aan Hem.

We worden gedoopt tot zijn leven

We delen het brood en de wijn

We gaan op weg- de Levende tegemoet

Er zij vreugde en vrede in ons hart.

 

Tweeluik naar Exodus 14, 15 -15.1 vrije verhalende bewerking van Mirjam

 

We ontmoeten Mirjam, de zus van Mozes, op het strand aan de overkant  van de Rietzee. Mirjam behoort tot het volk van Israël; al jaren wonende in Egypte, jaren van slavernij en onderdrukking.

Maar dat ligt nu achter hen. Het is ze gelukt….. te ontsnappen aan de  Egyptenaren.

Mirjam vertelt over de tocht, : ”we waren dicht bij de Rietzee, toen er plots stofwolken te zien waren, ‘we worden achtervolgddoor de Egyptenaren. De Farao heeft spijt dat hij zijn slaven heeft laten gaan.’

Mirjam vertelt hoe ze zich angstig afvroeg:   ‘wat  gaat er nu met ons gebeuren? waar moeten we  heen, we kunnen toch met zoveel mannen, vrouwen en kinderen niet zomaar de zee inlopen.’

Ik zie Mozes nog aan de rand van de zee staan, hij strekt zijn arm uit over zee en de Heer doet door een sterke oostenwind de zee terugwijken. Er ontstaat een pad waarop iedereen met droge voeten aan de andere kant van de zee komt. !!

De Egyptenaren komen  aan op het lege strand, en zien het pad door de zee. Met hun paarden en wagens achtervolgen ze de mensen, maar de wind gaat liggen, het water vloeit terug en alle soldaten worden overspoeld door de zee.

Toen wist ik dat we  veilig  waren voor de soldaten. We hebben gedanst en gezongen van vreugde”.

Nog niet beseffend dat de tocht naar het beloofde land nog heel lang zal duren.

 

 

We ontmoeten Fereshteh, getrouwd en moeder van een dochter en een zoon, bij haar tent in Moria, een opvangkamp voor vluchtelingen op het eiland Lesbos. Gevlucht,  uit Afghanistan op zoek naar een veilig heenkomen in Europa. Hier bij deze tent toont zij haar levenskracht.

Fereshteh vertelt over haar tocht: , ”we lopen uren door Iran naar de Turkse grens en door naar de kust. Daar wacht een bootje van 12 meter voor 55 mensen met hun bagage. Het regent en waait, de golven zijn enorm. We  roepen God aan, wezijn bang om te sterven.

Dan bereiken we de kust van Lesbos, we komen in een overvol kamp terecht, waar we een klein tentje krijgen om in te slapen. Het is er koud, onveilig, en er is  onvoldoende gezonde voeding.We voelen ons heel kwetsbaar.

We hebben al zoveel ontberingen doorstaan, maar we besluiten dat we moeten dealen met de situatie, hopen dat we een plek vinden voor een vreedzaam bestaan en een betere toekomst voor onze kinderen.”

Nog niet beseffend dat vlak na ons gesprek het kamp een gesloten detentiecentra wordt.

Acclamatie: Zoals zo vaak, zoals in alle tijden en overal gebeurd. (graankorrel)

 

Water

 

Water leeft en stroomt en bruist door elke dag, in ieder uur,

schittert in zijn golven, klatert van omhoog, kent rust nog duur,

baant zich nieuwe wegen open, eeuwig spel, als was het vuur, het water spreekt

Noem een naam: God uw naam

 

Stil blijft het nu even, luister, ver van hier, het water ruist:

diep geheim van zeeën fluistert ook een woord, de stilte kruist.

’t Leven geeft een teken, opent: nieuwe mens, geboortefeest, het leven leest

Spreek een naam: God uw naam

 

Mozes en zijn mensen trokken dorstig voort met pijn en dood.

Sjokten door het zand van eeuwen,  de woestijn in watersnood;

wanhoop is er nu als toen, dus huilen wij, de angst is groot, maar ik geloof:

water vloeit : wij gaan voort

 

God, U leeft en spreekt en stroomt dan rakelings aan ons voorbij

als wij echter naar u grijpen, even maar, een korte tijd,

vloeit het water tussen onze handen weg, en waar het blijft…? Mijn handen nat.

O mijn God : was U dat?

 

Water gaat voorbij en komt dan weer.

Mijn God gaat ook voorbij… U komt toch weer

Leven gaat voorbij, maar dat komt weer, want ja: U blijft

Jij en ik…. God en wij  

 

Gebed:

 

Gij God,

Spreek Gij opnieuw uw woord

met kracht en geest!

Laat ons opnieuw door het water gaan

en met Christus mensen worden

die vervuld zijn van liefde en zorg voor elkaar.

Doe ons opstaan uit de dood

en bevrijdt ons en onze wereld

van elke plaag.

Laat ons het licht van Christus

verspreiden, elke dag van ons leven.

Amen

 

Hernieuwing van de doopbelofte:

 

In dit stille land

vol zorg

alléén misschien in deze nacht

vraag ik jou:

 

Geloof je dat alle leven kostbaar is?

Dat deze wereld, zo prachtig en bedreigd

de moeite waard is om voor te vechten?

Zul je doen wat je kunt om alle leven te redden?

 

allen: Ja, dat beloof ik.

 

Geloof je in gelijkheid en gerechtigheid

en werkelijke gemeenschap met alle mensen?

Wil je hen respecteren als het beeld van God dat zij zijn

en hen helpen en bevestigen waar je maar kunt?

 

allen: Ja, dat beloof ik.

 

Wil je getuigen van de weg die Jezus is gegaan

en zijn verhaal met je mee dragen

vandaag en alle dagen van je leven?

 

allen: Ja, dat beloof ik.

 

Zul je in je leven en je hart

zorgen dat er ruimte blijft

voor Gods aanwezigheid en zijn Geestkracht

en je erdoor laten voeden en leiden en gezeggen

op weg naar het Koninkrijk van God?

 


 

allen: Ja, dat beloof ik.

 

Moge er zegen zijn voor ieder van ons

opnieuw geboren in deze nacht

als kind van God

Jezus achterna. Amen

 

 

Evangelie Matteus 28, 1-10

 

Na de sabbat, toen de ochtend van de eerste dag van de week gloorde, kwam Maria uit Magdala met de andere Maria naar het graf kijken. Plotseling begon de aarde hevig te beven, want een engel van de HEER daalde af uit de hemel, liep naar het graf, rolde de steen weg en ging erop zitten. hij lichtte als een bliksem en zijn kleding was wit als sneeuw. De bewakers beefden van angst en vielen als dood neer. De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: “Wees niet bang, ik weet dat julie Jezus, de gekruisigde, zoeken. Hij is niet hier, hij is immers opgestaan, zoals hij gezegd heeft. Kijk maar, dat is de plaats waar hij gelegen heeft. en ga nu snel naar zijn leerlingen en zeg hun: “Hij is opgestaan uit de dood, en dit moeten jullie weten: hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zul je hem zien.: Dat is wat ik jullie te zeggen had.’

Ontzet en opgetogen verlieten ze haastig het graf om het aan zijn leerlingen te gaan vertellen. Op dat moment kwam Jezus hun tegemoet en groette hen. Ze liepen op hem toe, grepen zijn voeten vast en bewezen hem eer. Daarop zei Jezus: ‘Wees niet bang. Ga mijn broeders vertellen dat ze naar Galilea moeten gaan, daar zullen ze mij zien.’

 

Vredeswens:

 

Vrede wens ik je toe. Liefde wens ik je toe.

Moge God je behoeden, leef met zijn liefde.

Vrede wens ik je toe. Zegen wens ik je toe.

Aandacht wens ik je toe. Dat er mensen zijn

met wie je kunt delen. Zegen wens ik je toe.

 

Gedicht  ‘Pasen” van Albert Verwey:

Op Goeden Vrijdag

Is Hij begraven,

Niet in een graf – zijn graf was het hellevuur -,

Doch Zondagmorgen

Was Hij weer opgestaan,

Ging door de velden,

Glimlachend vredig

Naar den hemel van blinkend blauw.

 

De bloemen stonden,

Trossen en kelken,

Schomlend en wieglend,

Pralend en teder,

Terwijl Hij, kijkend, kwam;

De duinrand waasde,

Leeuwriken schoten –

Paarlen van klank en

Veedren van vreugde –

Door de zonnestralen

Boven Zijn hoofd.

 

Hij wist niet beter

Of deze dag was

Voor Hem geschapen,

Een dag van de aarde,

Maar zó geheven

Boven het aardgedoe,

Dat alle wandlaars

En lange slierten

Van wielen berijdende

Knapen in gele

Kurassen van de trompetbloem

Hem schenen gezien als uit hogen hemel,

Klein en ver door de slingrende wegen

Van ’t landschap, - boden

Van de éne tijding:

 “Hij was begraven,

Zijn graf was het hellevuur,

Maar nu is Hij opgestaan,

Ging door de velden

Steeg op naar den hemel”

Zie hoe Hij neerziet

Op ons en lacht.

 

En ’s avonds daalde

Hij op Zijn duintop

En zag de velden

Veelkleurig scheemren –

Nog teder blinken –

Zag hoe de zon zich

Baadde in de golven,

Zag hoe de zee zich

Wond om Zijn aarde,

En al de sterren

Stegen en daalden

Rondom Zijn hoofd.

 

Uit: Anton van Wilderode  “En het Woord was bij God, Vijfhonderd religieuze gedichten uit de Nederlandse letterkunde”

Lannoo, Tielt, Amsterdam 1979

Oorspronkelijk dichtwerk I, Em. Querido, Amsterdam 1938

 



 

naar de vorige pagina ...